Koffie en neurodegeneratieve aandoeningen
Uit onderzoek blijkt dat een levenslange, regelmatige en matige inname van koffie/cafeïne een effect kan hebben op fysiologische, leeftijd gerelateerde cognitieve achteruitgang, vooral bij vrouwen en personen ouder dan 80 jaar 1-23. Een matige koffieconsumptie wordt gedefinieerd als drie tot vijf kopjes per dag (bron: European Food Safety Authority) 24.
Onderzoek naar Alzheimer wijst op een omgekeerd verband tussen een leven lang koffie consumptie en het risico op ontwikkeling van deze ziekte 24-35. Aangezien onderzoek op dit gebied echter nog steeds beperkt is, zijn verdere studies vereist. Een aantal studies suggereert dat niet alleen cafeïne 36-41, maar ook andere bestanddelen van koffie, zoals trigonelline 42-44 en polyfenolen 45-46, een rol spelen bij dit waargenomen effect.
Epidemiologische studies suggereren ook een omgekeerde associatie tussen koffieconsumptie en het risico op het ontwikkelen van de ziekte van Parkinson 47-63. Onderzoek heeft aangetoond dat cafeïne mogelijk betrokken is bij het potentiële preventieve effect dat koffie heeft op de ziekte van Parkinson 54,64-67. Cafeïne kan een rol spelen bij het neutraliseren van adenosine-A2A-receptoren. Van deze antagonisten wordt gedacht dat ze neuro protectieve eigenschappen hebben 54,68-70.
Verschillende studies bij mensen rapporteren dat koffieconsumptie ook het risico op een beroerte kan verlagen 71-76, vooral bij vrouwen 72.
De tekst van deze samenvatting is voor het laatst geredigeerd in augustus 2019. Voor meer informatie over dit onderwerp klikt u op het linker navigatie menu. U wordt dan doorverwezen naar de Engelstalige Coffee and Health website van het Institute for Scientific Information on Coffee (ISIC).